Led Light Europe T8-LedTL 22W 1200mm Nat White
Geplaatst door Marcel van der Steen in Lampmetingen, Ledlampen Geen reacties»LedLight Europepresenteert een led TL lamp met koudwit licht, 60 smd leds, 1200 mm lengte en een hoge powerfactor. In dit artikel staan allerlei interessante lampparameters zoals ook opgenomen in de Eulumdat file.
Zie voor een vergelijk met andere lampen dit overzicht.
Samenvatting meetgegevens
parameter | meting lamp | opmerking |
---|---|---|
Kleurtemperatuur | 6878 K | Felwit. |
Lichtsterkte Iv | 255 Cd | |
Stralingshoek | 148 deg | |
Vermogen P | 21 W | |
Power Factor | 0.96 | Met deze powerfactor geldt dat voor iedere 1 kWh aan netto vermogen, er 0.3 kVAhr aan reactief vermogen is geweest. |
Lichtstroom | 1155 lm | |
Efficiëntie | 54 lm/W | |
CRI_Ra | 81 | Color Rendering Index oftewel de kleurweergave-index. |
Coördinaten kleursoort diagram | x=0.3094 en y=0.3104 | |
Fitting | TL | LET OP: deze buis moet niet direct aan de netspanning gehangen worden. Deze buis moet gevoed worden met een konstante stroombrondriver. |
PAR-waarde | 2.61 μMol/s/m2 | Het aantal fotonen wat een gemiddelde plant ziet in het licht van deze lamp, op 1 meter afstand. |
D x L buitenafmetingen | 29 x 1200 mm | Buitenafmetingen van de lamp, exclusief de pinnen aan de uiteinden. |
B x L afmetingen lichtruimte | 22 x 1159 mm | Diameter van het gebied waar het licht vandaan komt. Dit is gelijk aan het oppervlak van de plaat waarop de leds zijn gemonteerd. Deze parameters worden in een Eulumdatfile gebruikt. |
Algemene opmerkingen | De omgevingstemperatuur gedurende de hele set van metingen was 30-30.5 deg C.
Opwarmeffect: gedurende de opwarming neemt de verlichtingssterkte met zo’n 5 % af en het opgenomen vermogen met 4 %. Spanningsafhankelijkheid: het opgenomen vermogen en de verlichtingssterkte zijn nauwelijks afhankelijk van de voedingsspanning van de lamp. |
|
Meetrapport (PDF) | ||
Eulumdat file | Rechtsklik op het icoon en sla het bestand op. |
Overzichtstabel
Let op: De waardes gegeven bij een afstand van 1 m komen rechtstreeks van de meetgegevens. De waardes bij de andere afstanden zijn hieruit berekend.
Eulumdat lichtdiagram
Een interessante grafiek is het lichtdiagram, wat de helderheid aangeeft in het C0-C180 en het C90-C270 vlak.
Het lichtdiagram en de indicatie van de planes.
Het C0-C180 vlak (in de lengte van de buis) en het C90-C270 vlak (dwars op de buis) zijn verschillend. Dit komt vanwege de geribbelde structuur van de transparante kap over de leds. In de breedte richting zorgt deze voor een variatie in intensiteit en in de lengterichting niet.
Verlichtingsterkte E_v op 1 meter afstand, of lichtintensiteit I_v
Hierbij de plot van de gemiddelde lichtsterkte (I_v) afhankelijk van de hoek van meting t.o.v. de lamp. Dus alle lichtsterkte metingen behorende bij 1 kantelhoek, en afkomstig van verschillende draaihoeken, zijn gemiddeld.
In deze grafiek is de helderheid in Cd direct af te lezen en is niet geconverteerd naar Cd/1000lm zoals in het Eulumdat lichtdiagram.
Het stralingsdiagram van de lamp.
Deze plot met deze gemiddelde waardes worden gebruikt om de totale lichtopbrengst te berekenen (iets verderop in dit verslag).
Het verloop van de lichtsterkte afhankelijk van de hoek t.o.v. de lamp.
Deze plot geeft grafisch weer welke verschillende meetwaardes verkregen zijn bij iedere kantelhoek. Voor een bepaalde kantelhoek zijn er zo een aantal metingen, die afkomstig zijn van verschillende draaihoeken rondom de lamp. Bij een kantelhoek van 50 graden zijn de gemeten intensiteiten in een range van 40-112 %. De verschillende berekeningen uit deze gegevens maken gebruik van de gemiddelde waardes.
Bij het berekenen van de gemiddelde lichtsterktewaardes per hoek en deze uit te zetten in een grafiek, is de stralingshoek te bepalen: dit is berekend op 148 graden. Aan het Eulumdat lichtdiagram is te zien dat het C90-C270 vlak een veel bredere lichtbundel heeft dan het C0-C180 vlak.
Lichtstroom
Met de meetgegevens van lux op 1 meter, gehaald uit het stralingsdiagram met de gemiddelde lichtsterktewaardes, is de lichtstroom te berekenen.
Het resultaat van deze berekening voor deze lamp is 1155 lm.
Efficiëntie
Een lichtstroom van 1155 lm, en een opgenomen vermogen van 21 Watt, levert een efficiëntie van 54 lm/Watt.
Met de powerfactor van 0.96 geldt dat voor iedere kWh aan netto vermogen, er 0.3 kVAhr aan reactief vermogen is geweest. Zie ook dit separate rapport.
Lampspanning | 230.0 V |
Lampstroom | 96 mA |
Vermogen P | 21 W |
Schijnbaar vermogen S | 22 VA |
PF | 0.96 |
Tevens is van deze lamp de spanningsvorm en stroomvorm opgenomen.
Spanningsvorm over de lamp en stroom door de lamp.
De stroom en de spanning lopen met ongeveer dezelfde fase (de stroom loopt ietsje voor op de spanning). Daarbij is de stroomvorm erg gelijkend op een sinus zoals de spanningsvorm. Hierdoor komt de powerfactor uit op bijna de maximale waarde 1.
Wanneer het powerspectrum van de stroom bepaald wordt, dan is het aantal hogere harmonischen zichtbaar. De meting aan de stroomvorm is gedaan met 10.000 samples per seconde, wat een maximum frequentiecomponent van 5000 Hz zou kunnen detecteren. Normaliter zijn deze hoogfrequente signalen niet te vinden in de opgenomen stroom van de lamp, vandaar dat het onderstaand spectrum wordt gestopt bij 1000 Hz. Dit is ruim voldoende om de harmonische inhoud van de stroom weer te kunnen geven.
Het stroom vermogensspectrum, met logaritmische schaal (in % van de grootste harmonische).
Het vermogensspectrum van de stroom door de lamp heen laat een paar hogere harmonischen zien die veel kleiner zijn dan de grondharmonische.
Kleurtemperatuur en licht- oftewel vermogensspectrum
Het kleurspectrum van het licht van deze lamp, vermogens gelden op 1 m afstand.
De gemeten kleurtemperatuur van deze lamp is ongeveer 6875 K wat felwit (koudwit) is.
De meting is gedaan recht onder de lamp. De kleurtemperatuur kan ook worden gemeten onder verschillende kantelhoeken.
De kleurtemperatuur van de lamp afhankelijk van de kantelhoek.
De kleurtemperatuur is gegeven voor kantelhoeken tot 70 graden, daarna is de lichtintensiteit zo laag dat de meting onnauwkeurig wordt.
De kleurtemperatuur neemt langzaamaan af bij groter wordende kantelhoek (tot 81 % van de waarde die het bij 0 graden kantelhoek had).
PAR waarde en -spectrum
Wanneer het licht van deze lamp gebruikt zou worden voor het laten groeien van planten, dan dient de PAR-gebied bepaald te worden. PAR staat voor Photosynthetic Active Radiation en is die straling die actief meedoet aan fotosynthese en wordt uitgedrukt in μMol/s/m2.
Fotosynthese vormt de essentie voor de groei en bloei voor planten, waarbij het blauwe deel van het lichtspectrum zorgt voor de groei en het rode deel verantwoordelijk is voor de klopzetting en bloei van de plant. Voor fotosynthese wordt gekeken naar aantallen fotonen wat belangrijker is dan het vermogen van het licht.
Het vermogensspectrum (vermogen per golflengte) van het licht van de lamp wordt dus eerst omgerekend naar het aantal fotonen (aantallen lichtdeeltjes per golflengte) waarna deze aantallen fotonen per golflengte nog gewogen worden tegen de gevoeligheid van de gemiddelde plant ervoor (volgens DIN-norm 5031-10:2000). Het volgende plaatje laat het resultaat zien.
Het fotonenspectrum en de gevoeligheidscurve, resulterend in een PAR-spectrum.
De zwarte curve geeft het vermogensspectrum aan van de lamp, in aantallen fotonen per golflengte. In rood de curve die de gemiddelde gevoeligheid geeft van de gemiddelde plant (volgens DIN norm 5031-10:2000) voor de verschillende golflengtes.
Resulteert de groene lijn die het aantal fotonen afgeeft per golflengte van het licht van de lamp. Deze aantallen fotonen gesommeerd, levert een PAR getal dat voor het licht van deze lamp uitkomt op 2.61 μMol/s/m2. Dit getal geldt op 1 meter afstand van de lamp.
Als gekeken wordt naar het gedeelte van het spectrum van het licht van de lamp, dat bruikbaar is voor fotosynthese, dan komt dat neer op 66 % (geldig voor het golflengtegebied van 400-725 nm). Dit zou men kunnen zien als een PAR efficientie van het licht van deze lamp.
Noot: bij dit percentage zou men moeten nagaan of alle golflengten in voldoende mate voorkomen en dat niet bv alleen het blauwe licht aanwezig is, wanneer men deze lamp juist voor bloemvorming wil inzetten, waar met name de rode golflengten van belang zijn.
Kleursoort diagram
Het kleursoort diagram en de plaats van het licht van de lamp.
Het lichtpunt ligt iets onder het pad van de zwarte straler. Hier wordt op teruggekomen bij de CRI van deze lamp.
De kleurcoördinaten zijn x=0.3094 en y=0.3104.
Kleurweergave-index of CRI
Hierbij het plaatje van de kleurweergave index. Deze wordt goed uitgelegd op deze Wiki over kleurweergave-index en deze site.
De gegevens mbt de kleurweergave index van het licht van deze lamp.
Deze waarde van 81 geeft aan in hoeverre het licht van deze lamp een aantal referentiekleuren kan weergeven in vergelijk met het licht van een referentiebron.
Deze waarde van 81 is hoger dan de waarde van 80 die als minimum geldt voor een natuurgetrouwe kleurweergave voor alledaags gebruik, zie ook dit artikel.
De “chromaticity difference” is 0.008, wat aangeeft hoever de kleur van deze lamp afligt van het pad van de zwarte straler. Deze waarde is hoger dan 0.0054 en daarmee zeggende dat de CRI berekening niet nauwkeurig is en er niet van mag worden uitgegaan.
Spanningsafhankelijkheid
De lamp is onderzocht op hoe afhankelijk de parameters verlichtingssterkte E_v [lx], de kleurtemperatuur T [K] en het opgenomen netto vermogen P [W] zijn van de lampspanning.
Spanningsafhankelijkheid van een aantal lampparameters.
Het opgenomen vermogen en de verlichtingssterkte hangen nauwelijks af van de aangeboden lampspanning in het normale gebruikersgebied van de lampspanning (220-240 V).
Bij een mogelijke variatie in spanning bij 230 V van + en – 5 V dan is de variatie in de verlichtingssterkte van deze lamp < 0.1 %. Bij abrupte variaties in netspanning is dit zeker niet zichtbaar.
Opwarm-effecten
Van deze lamp zijn de opwarm-effecten doorgemeten op de verschillende interessante parameters. Zie ook de grafiek.
Opwarmen van de lamp en het effect op lampparameters; 100 % niveau aan het begin en aan het eind gelegd
Bij het opwarmen geeft de ledlamp na een 50 tal minuten 5 % minder licht en neemt 4 % minder vermogen op.
Stroombron-driver
Deze buis heeft een constante stroom nodig door de leds, sluit hem daarom zeker niet direct aan op de 230 V netspanning, maar op een geschikte driver, zoals hier weergegeven.