Energie in beweging: Adviezen om consumenten aan te zetten tot energiebesparing
Geplaatst door Leon Tebbens in Energiebesparing 14 Reacties»‘Hoe en door wie kan de consument aangezet worden om energie-efficiënte oplossingen en hernieuwbare decentrale energiebronnen te kiezen?’ De Nationale DenkTank 2009 heeft de barrières waar de consument tegen aanloopt op weg naar energiebesparing in kaart gebracht. Dit onafhankelijke onderzoek is uitgevoerd met behulp van een uitgebreide literatuurstudie, interviews met experts en diverse consumentenonderzoeken. Het rapport “Energie in beweging” schetst de problematiek omtrent energiebesparing door de consument, en geeft vervolgens concrete adviezen om deze problematiek aan te pakken.
Schets van de problematiek
Drie analyses geven een algemeen beeld van de problematiek: het besparingspotentieel onder consumenten, het draagvlak voor energiebesparing, en de sociaalpsychologische context. Vier specifieke analyses hebben betrekking op de gebieden elektriciteit, warmte, vervoer en decentrale opwekking.
Consumenten kunnen hun aandeel in de besparingsdoelstelling waarmaken
Volgens Europese afspraken moet Nederland in 2020 een besparing van 20% realiseren ten opzichte van het fossiele energieverbruik in 1990. Consumenten zijn goed voor 24% van het verbruik, en wanneer zij een evenredig deel van de besparing voor hun rekening zouden moeten nemen, moet hun energiebehoefte afnemen met 280 PJ per jaar. De Nationale DenkTank heeft aangetoond dat dit mogelijk is, aan de hand van 54 maatregelen, die een gemiddeld huishouden ruim EUR 1.000 per jaar op de energierekening besparen. Tweederde van deze maatregelen vergt een investering van in totaal ongeveer EUR 6.400 per huishouden.
Er is draagvlak, maar mensen doen nog niet genoeg
Er is in Nederland een groot draagvlak voor energiebesparing. Dit blijkt uit onderzoek dat de Nationale DenkTank heeft verricht onder meer dan 1.000 consumenten. De resultaten van dit onderzoek zijn gekoppeld met de resultaten van het 21 minuten.nl onderzoek dat in 2009 gehouden is onder 80.000 consumenten, en met gegevens over energieverbruik per postcodegebied. De Nederlandse consument is goed op de hoogte van energiebesparingsmaatregelen. Dat de Nederlandse consument zo positief tegenover energiebesparing staat, is maar voor een klein deel terug te zien in het energieverbruik, want dat krimpt slechts met 0,01% per jaar, terwijl 2% benodigd is om het doel te behalen.
Verandering van consumentengedrag is mogelijk wanneer de sociaal-psychologische context effectief wordt beïnvloed
De Nationale Denktank heeft een sociaalpsychologisch raamwerk ontworpen, waarin factoren die leiden tot gedragsverandering bijeen worden gebracht. Dit model is gebaseerd op wetenschappelijke literatuur en op analyses van de Nationale DenkTank. Het model kan gebruikt worden als leidraad om nieuwe campagnes en programma’s op te stellen en bestaande te valideren. Een belangrijk uitgangspunt van het sociaalpsychologisch raamwerk is dat er verschillende onderdelen zijn die uiteindelijk tot ander gedrag kunnen leiden, namelijk weten, willen, kunnen en doen. Afhankelijk van of campagnes bewustzijn willen creëren, de houding van de consument willen veranderen of het gedrag willen beïnvloeden, kan het model helpen de relevante facto- ren in de campagne te verwerken.
Elektriciteit: Relatief klein potentieel, maar door benodigde voortdurende gedragsverandering belangrijk om consumentenbewustwording en houding te helpen verbeteren
Elektriciteitsbesparing vormt met 15% een klein maar cruciaal onderdeel van het bij de consument aanwezige energiebesparingpotentieel. Als alle consumenten samen meer elektriciteit besparen, kan een kolencentrale uitgezet worden. Voor de individuele consument levert besparing op elektriciteit relatief weinig op, tegenover de grote moeite die het kost. Verdere barrières zijn de beperkte motivatie voor de consument om nog meer te besparen, de aanwezigheid van vooroordelen en de inherent lange tijdslijn van gedragsverandering. Door het besparen op elektriciteit en het veranderen van gedrag kan de consument zich wel steeds meer bewust worden van zijn eigen rol binnen de energietransitie.
Warmte: Groot potentieel, rendabel, maar duur en ingewikkeld
Door het grote aandeel van de warmtevraag in het totale energieverbruik van huishoudens is het potentieel van warmtevraagreducerende maatregelen groot. Het overgrote merendeel van de maatregelen die consumenten kunnen nemen om hun warmtevraag te reduceren, levert geld op. Het treffen van warmtevraagreducerende maatregelen is voor consumenten echter niet vanzelfsprekend en vaak complex. Veel consumenten onderschatten daarbij het potentieel. Andere consumenten geven hun geld liever uit aan andere doelen. De consumenten die daadwerkelijk actie willen ondernemen lopen vaak tegen praktische belemmeringen aan en haken uiteindelijk alsnog af.
Vervoer: Consument hecht zeer sterk aan de auto
Snel en makkelijk vervoer is een fundamentele behoefte voor de consument, waarbij de auto deze behoefte voor veel mensen het beste bevredigt. Voor duurzamer vervoer moet vaak ingeleverd worden op aspecten als comfort, gemak en snelheid. Voor de korte afstand is het gebruik van de fiets is al zeer populair, maar het openbaar vervoer is voor een heel groot deel van de bevolking geen reëel alternatief voor de auto. Daarom zullen zuiniger rijgedrag, zuiniger auto’s en elektrisch vervoer een cruciale rol moeten spelen om het energieverbruik voor consumentenvervoer terug te dringen.
Decentrale opwekking: Significant potentieel, soms rendabel, maar duur en ingewikkeld
Consumenten kunnen op veel manieren zelf elektriciteit opwekken en voorzien in hun warmtevraag. Met zonnepanelen, een kleine windturbine, microwarmtekrachtkoppeling of een HRe-ketel kan de consument zelf elektriciteit opwekken. Warmtepompsystemen onttrekken warmte aan de aarde en de atmosfeer en zonneboilers gebruiken zonlicht voor het verwarmen van water. Decentrale opwekking kan een cruciale rol spelen in het verminderen van de vraag naar fossiele brandstoffen. Het blijkt dat het besparingspotentieel van decentrale bronnen uitkomt op 42 PJ per jaar, 15% van het totale besparingspotentieel. Een grootschalige toepassing van decentrale opwekking in Nederland zal niet eenvoudig zijn. Doordat de woon- en leefsituatie van groot belang is bij het adviseren over decentrale opwekking is het moeilijk voor de consument om informatie te krijgen. Daarnaast staan financiële en juridische belemmeringen de keuze voor decentrale opwekking in de weg.
Adviezen
Om consumenten aan te zetten tot energiebesparing en investeringen in decentrale opwekking heeft de Nationale DenkTank vier oplossingsrichtingen uitgewerkt. Binnen elke oplossingsrichting zijn verschillende thema’s gedefinieerd waarbinnen in totaal 22 adviezen worden beschreven.
Figuur 1: De vier oplossingsrichtingen
De in figuur 1 beschreven thema’s zijn afgeleiden van de analyses zoals hiervoor beschreven en beogen de kern van de problematiek aan te pakken. Met de verschillende adviezen geeft de Nationale DenkTank concrete suggesties hoe deze thema’s door overheden en bedrijfsleven uitgewerkt kunnen worden. Bij de keuze en formulering van de adviezen is gekeken naar de haalbaarheid en de uitvoerbaarheid ervan. Zo zijn alleen adviezen gekozen die een concrete eigenaar kunnen krijgen, en binnen 2 jaar tot resultaat kunnen leiden. De eerste stap in de implementatie is reeds gezet door tijdens het ontwerpen van de adviezen bepaalde partijen bij de invulling te betrekken. Een aantal van de betrokken partijen heeft aangegeven met een advies verder te willen gaan.
Hieronder zijn de adviezen van de Nationale DenkTank kort beschreven, gegroepeerd per thema. Deze adviezen hebben betrekking op verschillende niveaus van overheden of specifieke delen van het bedrijfsleven. De Nationale DenkTank wil benadrukken dat de voorgestelde oplossingsrichtingen, thema’s en adviezen een gezamenlijke verantwoordelijkheid zijn van alle overheden en het hele bedrijfsleven. Alleen door gezamenlijke inzet zal het mogelijk zijn om het consumentenaandeel in de doelstelling voor 2020 te behalen.
Processen vereenvoudigen
Informatie over energiebesparing is vaak versnipperd en verwarrend. Bestaande procedures voor subsidies en vergunningen zijn ingewikkeld, ontoegankelijk en tijdrovend. Vereenvoudiging van processen is daarom essentieel om de consument te stimuleren om meer energiebesparende maatregelen te nemen. De volgende thema’s en adviezen leggen uit hoe dit kan.
Thema: Informatievoorziening verbeteren
Meer inzicht in energieverbruik voor consumenten
Maak het voor consumenten makkelijker om inzicht te krijgen in het eigen energieverbruik ten opzichte van anderen zodat zij direct kunnen zien of ze genoeg doen aan energiebesparing doen. Door een energiereferentiekader te bieden op de energierekening (en deze bij voorkeur regelmatiger terug te koppelen) zal de consument eerder over gaan tot energiebesparing. Wanneer partijen samenwerken, kan de consument zijn energieverbruik vergelijken met het verbruik van mensen in de buurt.
Online informatie over energiebesparing binnen handbereik
Vereenvoudig het proces van energiebesparing door de consument besparingsopties op natuurlijke momenten aan te bieden. Voorbeelden kunnen bijvoorbeeld zijn:
- Een routeplanner met alternatieve routes voor auto, openbaar vervoer, fiets en te voet, of combinaties hiervan, met bijbehorende CO2-uitstoot;
- Een productvergelijker of winkel, zoals Kieskeurig.nl of BOL.com, met CO2-uitstoot per product.
Thema: Procedures en acties vergemakkelijken
Een gemeentelijke aanpak
Wissel goede praktijkvoorbeelden uit onder gemeenten zodat zij het proces van energiebesparing voor de consument kunnen vereenvoudigen en stimuleren. De Nationale DenkTank heeft de uiteenlopende gemeente-initiatieven geïnventariseerd. Over het algemeen blijken gemeenten voornamelijk op verzoek van de consument informatie en advies te geven, maar nemen weinig maatregelen om de consument werkelijk aan te zetten tot actie. Er zijn echter ook heel goede initiatieven gevonden, die een grootschaliger aanpak verdienen. De Nationale DenkTank lanceert daarom in samenwerking met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en SenterNovem ‘de Visionair’, een krant voor en door gemeenten met concrete, praktische informatie om de consument aan te zetten tot energiebesparing.
Klantvriendelijker vergunnings-en subsidieprocedures
Maak vergunning- en subsidieprocessen met behulp van de Lean methodiek sneller, eenvoudiger en daarmee consumentgerichter. De Nationale Denktank heeft een subsidieaanvraagproces onder de loep genomen, waarbij veel verbetering mogelijk bleek te zijn ten aanzien van eenvoud en doorlooptijd voor de consument. Ook hebben enkele gemeentes al succesvol enkele processen aanzienlijk verbeterd, waardoor de burger veel beter bediend wordt.
Aanbod verbeteren
Hoewel er al veel producten en diensten bestaan die energiebesparing mogelijk maken, blijkt dat deze vaak nog niet voldoende beschikbaar zijn voor de consument. De Nationale DenkTank heeft een ‘Groen Succes Model’ ontwikkeld, waarmee het vermarkten van deze producten verbeterd kan worden. Dit model leidt tot de volgende thema’s en adviezen.
Thema: Betaalbaar maken
Financieringsconstructies voor energiebesparende producten
Introduceer slimmere financieringsconstructies die de investeringsbarrière voor energiebesparende producten kleiner maken. Voorbeelden uit de markt zijn ‘groene’ leningen, ‘groene’ lease constructies, ‘revolving funds’, garantiefondsen, huurmogelijkheden en gespreid-betalen-regelingen. Deze producten worden op dit moment te weinig aangeboden door het bedrijfsleven. Een stabiel subsidiebeleid zal hierbij helpen, omdat producten en voorwaarden dan niet voortdurend hoeven te worden aangepast
Thema: Gemakkelijk maken
Kennisbeurs voor energiebesparing
Zet een kennisbeurs op om onderwijs en cursussen op het gebied van energiebesparing en duurzame energie beter beschikbaar te maken en om praktijkkennis te delen. Hier zullen verschillende partijen van profiteren en dit zal uiteindelijk leiden tot een beter aanbod van duurzame energie aan de consument. De Nationale DenkTank was vooral verrast door het gebrek aan kennis onder installateurs over duurzame installaties.
Alles-in-een-bedrijven
Verbeter het bestaande concept van alles-in-een-bedrijven die het energiebesparend verbouwen volledig uit handen van de consument nemen van het energieadvies en het contact met installateurs en aannemers tot de subsidieaanvraag en het controleren van het eindresultaat. De belangrijkste barrière voor dit soort bedrijven is het feit dat consumenten de service duur vinden. Een succesvol alles-in-een-bedrijf slaagt er dus in om de consument door volumevoordeel en ervaring en een extra snelle subsidieverwerking juist ook een financieel voordeel te geven.
Thema: Zichtbaar maken
Inzicht in energieverbruik
Stimuleer het gebruik van een functioneel display dat energieverbruik zichtbaar maakt en energiebesparing in de hand werkt. Er is al een aantal eenvoudige displays op de markt die het energieverbruik laten zien. In de huidige vorm zullen zij niet leiden tot massale acceptatie van consumenten, met name omdat de displays niet gekoppeld zijn aan andere functionaliteiten zoals een thermostaatsfunctie.
Greenpoints
Introduceer een groen loyaliteitsprogramma ‘Greenpoints’ om consumenten te belonen met spaarpunten voor de aankoop van duurzame producten en diensten. Deze punten kunnen worden ingewisseld voor duurzame cadeaus. Dit is in Canada een bewezen concept en zou in Nederland geïnitieerd moeten worden door één van de reeds bestaande loyaliteitsprogramma’s in samenwerking met haar partners of door een nieuw initiatief dat steun geniet van een belangrijke set commerciële partijen.
Beweging creëren
Om consumenten aan te zetten tot meer energiebesparing is het nodig dat energiebesparing onderdeel wordt van de dagelijkse routine. De Nationale DenkTank heeft onderzoek gedaan naar welke behoeften van de consument nog onvoldoende worden aangesproken met de huidige campagnes op het gebied van energiebesparing. Energie besparen blijkt leuker en vanzelfsprekender te moeten worden.
Thema: Leuker maken
De Groene Snor
Introduceer hippe guerrilla-achtige campagnes die de consument van 18 tot 30 jaar aanzet tot energiebesparing met ludieke acties en slogans. ‘De Groene Snor’ is bijvoorbeeld een campagne waarin een serieuze boodschap op een prikkelende manier wordt neerzet. De Groene Snor krijgt inhoud en lading via de website DeGroeneSnor.nl en een ludiek karakter via gewaagde marketingtechnieken.
BLUE energiewinkel
Introduceer BLUE, een winkelconcept dat ‘coole’, energiebesparende producten op een aantrekkelijke manier aanbiedt. De nadruk in de BLUE energiewinkel ligt op kwaliteit, vernieuwing en imago, in plaats van op energiebesparing. Dit wordt ondersteund door een zichtbaar en aantrekkelijk winkelpand: BLUE is een uitdagende winkel op een A-locatie in het stadscentrum. Verder
onderscheidt BLUE zich door een aantrekkelijke alles-in-een-servicedesk voor zonnepanelen, zonneboilers, kleine windturbines, HRe ketels en warmtepompen.
Thema: Vanzelfsprekender maken
Impliciete marketing
Richt “Pionier” (Platform Impliciete Overtuiging via Nederlanders die zich Inzetten voor Energie Reductie) op. Pionier is een concept dat via massamedia impliciete marketing gebruikt om duurzaam gedrag vanzelfsprekend te maken. Het mediaplatform Pionier stelt zicht ten doel om zo veel mogelijk duurzame producten op een impliciete manier in beeld te brengen (‘product placement’) en door duurzaam gedrag te verwerken in het scenario (‘in-scripted writing’). Dit geldt in eerste instantie voor de televisie, later mogelijk ook voor andere media en de entertainmentindustrie.
Vuistregels
Introduceer een vuistregel zoals ‘Groen, gewoon doen’ die de consument stimuleert om de groenste keuze te maken bij de keuze tussen twee vergelijkbare producten of alternatieve gedragsmaatregelen. Simpele vuistregels die in het dagelijks taalgebruik worden verankerd kunnen het gedrag van mensen op subtiele wijze sturen, maar er bestaat er nog geen voor energieconsumptie.
Richting geven
Het huidige overheidsbeleid heeft zich voornamelijk gericht op het ‘verleiden’ van de consument om energie te besparen. De Nationale DenkTank ziet ruimte om hierin iets verder te gaan. Dit is uitgewerkt in de volgende thema’s en adviezen.
Thema: Investeringen in energiebesparing stimuleren
Sanctioneer woninglabel bij overdracht woning
Sanctioneer de verplichting een woninglabel te overleggen op het moment van overdracht van een woning. Het woninglabel verleidt de consument te kiezen voor een energiezuinige woning en na te denken over energiebesparende maatregelen. Het sanctioneren van de plicht een woninglabel te overleggen zorgt ervoor dat de (potentiële) koper dit inzicht niet onthouden wordt.
Vergroen de NHG
Vergroen de Nationale Hypotheekgarantie (NHG). Alleen A en B-label woningen mogen in aanmerking komen voor een financiering onder NHG-voorwaarden. De hypotheekadviseur zal de consument de keuze voorleggen om onder normale voorwaarden te financieren of onder de financieel aantrekkelijker NHG-voorwaarden. Om in aanmerking te komen voor een hypotheek onder NHG-voorwaarden moet allereerst een maatwerkadvies worden uitgebracht om de energetische staat van de woning vast te stellen. Dit advies kan kosteloos worden aangeboden als de overheid de huidige subsidie op deze adviezen handhaaft.
Vermelden van totale woonlasten
Verplicht woningcorporaties om bij hun huurwoningen de totale woonlasten te vermelden en deze vervolgens uit te splitsen in de kale huurprijs en de geschatte energiekosten. Door de totale woonlast te presenteren krijgen huurders een beter inzicht in de maandelijkse vaste lasten. Huurders worden hierdoor verleid om voor een energiezuinige huurwoning te kiezen, en het stimuleert verhuurders om woningen te isoleren voordat ze die in de verhuur aanbieden.
Thema: Groen is de norm
Gefaseerd overschakelen op groene stroom
Verplicht energieleveranciers al hun klanten gefaseerd over te laten schakelen op groene stroom. Consumenten die graag grijze stroom willen houden, als die er zijn, kunnen dat aangeven bij hun energiemaatschappij. Door standaard groene stroom aan te bieden zal de vraag naar groene stroom toenemen waardoor het voor producenten aantrekkelijker wordt om productie voor groene stroom te investeren. De prijs van groencertificaten zal stijgen zodat het aantrekkelijker wordt om te investeren in het duurzaam opwekken van elektriciteit.
Nieuwbouw standaard met decentrale opwekking
Laat projectontwikkelaars nieuwbouwwoningen standaard met decentrale opwekking bouwen. Hiervoor sluiten gemeenten en projectontwikkelaars convenanten af. Op het moment dat de prijs van de woning inclusief decentrale opwekking gepresenteerd wordt, blijken kopers de relatief kleine meerinvestering geen probleem te vinden. Wanneer een gehele nieuwbouwwijk wordt uitgerust met bijvoorbeeld zonneboilers leiden schaalvoordelen bovendien tot een lagere prijs.
Energiezuinig verbouwen
Laat woningcorporaties woningen energiezuinig verbouwen voordat ze de woningen op de markt verkopen. Voor de coöperatie kan dit winstgevend zijn, want zij kan een gebouw in één keer aanpakken met de daarbij horende schaalvoordelen, terwijl na overdracht de kosten voor het verbeteren van individuele appartementen hoger zouden zijn. De woningcorporatie kan de gemaakte investeringen dus ruimschoots doorbereken in de vraagprijs.
Thema: Anders betalen voor energieverbruik
Besparen en decentrale opwekking financieel aantrekkelijker
Verhoog de energiebelasting voor consumentenenergie zodanig, dat de kosten voor gas- en elektriciteit de aantrekkelijkheid van decentrale opwekking bevordert. Er bestaan combinaties van de kosten voor gas- en elektriciteit waarbij de besproken vormen van decentrale opwekking rendabel zijn. De belastingverhoging moet uiteindelijk een stijging van de consumentenprijs voor gas van ongeveer 30% en voor elektriciteit van ongeveer 16% ten opzichte van de huidige prijzen veroorzaken. Dit komt overeen met een verdubbeling van de energiebelasting op gas en een verhoging van de energiebelasting op elektriciteit van ongeveer 30%. Deze prijzen maken de vormen van de besproken opties voor decentrale opwekking rendabel. De koopkracht wordt niet aangetast doordat de heffingskorting wordt verhoogd. De concurrentiepositie van het land wordt niet aangetast doordat dit prijsinstrument alleen op het consumentensegment wordt toegepast.
Belonen van decentrale opwekking
Pas de huidige regels voor de terugleververgoeding voor door de consument duurzaam opgewekte elektriciteit aan. Doordat de energieleveranciers de door de consument duurzaam opgewerkte elektriciteit tegen een hogere vaste prijs inkopen, kan de financiering van een aparte subsidie via de overheidsbegroting komen te vervallen.
Betalen per kilometer
Vergroot de variabele belasting voor automobilisten en verlaag de motorrijtuigenbelasting en de aanschafbelasting. Ook deze maatregel is koopkracht- en overheidsbudgetneutraal.
De Nationale Denktank is ervan overtuigd dat dit rapport een aanzet is om de Nederlandse consument aan te zetten tot energiebesparing. Nu is uw hulp nodig bij het verwezenlijken hiervan.
14 reacties op “Energie in beweging: Adviezen om consumenten aan te zetten tot energiebesparing”
Leg de focus heel eenvoudig op wat de mensen aanbelangt. Ik geef een voorbeeld van de auto-industrie. Vroeger werd je aangemoedigd om een auto te nemen die zo weinig mogelijk verbruikte. Milieu was een belangrijk argument, maar de meesten gingen overstag omdat minder verbruik ook minder kosten betekent.
Nu ligt de focus echter op CO2 reductie. Heus niet iedereen is overtuigd van de enge focus op CO2. Er zijn nl. nog een heel aantal veel schadelijkere gassen, waar blijkbaar totaal geen rekening mee gehouden moet worden. De reductie van CO2-verbruik bij de aanschaf van een wagen is op die manier eerder een kwestie van geloven, dan van noodzaak.
De correlatie tussen verbruik en CO2 is 99,7%. Het is dus nagenoeg hetzelfde. Op die manier ontneem je de non-CO2-believers het argument om *niet* op de CO2-uitstoot te letten. Beide maatstaven leiden tot een lagere kost en wie kan daar op tegen zijn?
Prima om mensen toe aan te zetten om zuiniger met energie om te gaan.
Ik mis echter een stimuleringspakket voor de industrie.
Zolang de industrie geen energiezuinige produkten kan of wil maken, zijn consumenten genoodzaakt om onzuinige dingen te kopen.
Als ik zie hoe lang het duurt om goede energiezuinige alternatieven te maken, dan heb ik mijn twijfels over of de energiebesparing op tijd wordt gerealiseerd.
Een paar voorbeelden:
De LED-lamp is in ontwikkeling. Pas de laatste tijd halen ledjes een rendement van 100 lumen/watt. Toch zijn LED-TL-buizen nog steeds niet krachtig genoeg om conventionele TL-buizen te vervangen.
De LED-“gloei”lamp die ik gekocht heb geeft al aardig wat licht, maar de kleur ervan bevalt me niet. Het lijkt wel een combinatie van geel met blauw……
Veel desktop-pc’s verbruiken aardig wat stroom, naar schatting tussen de 50 en de 120 (!) watt per uur. Pas de laatste jaren schijnen nieuwe computers zuiniger te kunnen worden zonder rare bijwerkingen.
Nieuwe koelkasten kunnen inderdaad zuiniger met energie omgaan, maar als ze in een koude ruimte staan (!) die kouder wordt dan 7 graden, moet de ruimte worden verwarmd om de koelkast te laten werken! Onder de 7 graden valt de koelkast gewoon stil.
Ik bedoel maar: met de lange doorlooptijd van nieuwe ontwikkelingen (hoe lang heeft het niet geduurd voor de spaarlamp een fatsoenlijk alternatief voor de gloeilamp is geworden?) kan het nog weleens lastig worden om energie te besparen……
Goed artikel! Maar toch ook kritiek (het zal eens niet):
“Er is in Nederland een groot draagvlak voor energiebesparing.
Dat is niet wat ik in de praktijk zie… Mensen willen wel geld besparen (en gaan dan bv. naar de zogenaande Nederlandse Energie Maatschappij) maar geen energie, en vooral niet als ze er moeite voor moeten doen of comfort voor moeten inleveren (ingebeeld of niet). Maatregelen zoals isolatie, zonneboilers of zonnestroompanelen die uiterst zinvol zijn maar waarvan de financiële beloning in de toekomst ligt worden over geheel Nederland bekeken nauwelijks gedaan.
“Voor duurzamer vervoer moet vaak ingeleverd worden op aspecten als comfort, gemak en snelheid.”
En vaak ook niet! Vermeld dat dan ook.
“maar het openbaar vervoer is voor een heel groot deel van de bevolking geen reëel alternatief voor de auto.”
Dat is voor een groot gedeelte veroorzaakt door een stuk cultuur (voor veel mensen is de auto de ‘default’ vervoersmethode, OV wordt niet overwogen terwijl het vaak prima mogelijk is), door een stuk onbekendheid (veel mensen hebben geen idee dat ze ergens prima met de trein heen zouden kunnen) en een stuk domme planning (nieuwe woonwijken en industrieterreinen worden vaak met bar slechte OV-toegang ontworpen zodat men wel op de auto aangewezen is).
“Daarom zullen zuiniger rijgedrag, zuiniger auto’s en elektrisch vervoer een cruciale rol moeten spelen om het energieverbruik voor consumentenvervoer terug te dringen.”
En meer/beter OV? En een grootschaliger gebruik van de fiets? Het is een dergelijk uitstekend stuk onwaardig om dat te laten liggen.
Ook jammer dat het vliegverkeer, een grootverbruiker van fossiele energie, helemaal niet genoemd wordt. Op de middellange afstand is vliegverkeer prima te vervangen door elektrische hogesnelheidstreinen. Mits gevoed door duurzame opwek bespaart dat enorm veel fossiele brandstoffen en dus – zo je wilt – ook veel CO2-uitstoot.
“CO2-uitstoot”
Sja… ik ben niet zo’n ‘CO2-ridder’. Wellicht omrekenen naar MJ fossiele energie? Het nadeel van CO2-uitstoot als maatstaf vind ik dat het de deur openzet voor schijnoplossingen als CCS en boompjes planten voor een vliegreis.
Wie kan mij hier van verlossen als het om energie zuinige lampen gaat ?
Vandaag kocht ik als led straler ! een powerpluslight ,(namelijk de powli2OO)
Dit vond ik de max dat er 2 watt verbruik op staat.(staat ook op de doos)
Hij bestaat uit 28 ledjes die elk 0,O66 verbruik hebben.
Tot mijn grote verbazing neemt deze set 24 watt stroomverbruik.
Mag men daar zomaar 2 watt op plaatsen als het uiteindelijk verbruik toch 24 watt Is?
Ik heb deze lamp eens opengemaakt en er zit heel wat electronica in .Ligt dat daar dan aan dat deze toch nog 24 watt geeft.
Dus ben je eigenlijk toch nog niet zeker wat eigenlijk led verlichting verbruikt?
Bedankt voor feedback
@Wim: het is een beetje off-topic, maar onder 7 graden is het toch ook niet nodig om de koelkast te laten werken? Dan blijft het door de omgevingslucht wel gekoeld, ook al staat zelfs de deur open. Het kan dus wel zelfs expres gedaan zijn om energie te besparen.
@ Caridaels Kurt: Hoe heb je het verbruik gemeten? Slechte meters kunnen alleen stroom en spanning afzonderlijk meten en vermenigvuldigen dat tot VA (maar er staat wel Watt op het display). Bij een weerstandsbelasting (gloeilamp) is dit gelijk aan het werkelijke vermogen, maar bij veel ingewikkelde voedingen van apparaten zeker niet (al zou je het wel willen). Het heeft met de PowerFactor te maken. Er is hier op Olino ooit een goed artikel over (schijn)vermogen en powerfactor geplaatst. Het kan dus best zo zijn dat met een hele lage powerfactor er 24 VA is en maar 2W daadwerkelijk vermogen.
Mijn mening over het artikel: ik merk bij mijzelf dat ik eerder geneigd ben om energie te besparen als ik merk dat het geld bespaart en niet zozeer het mileu of CO2. Dat is misschien niet de beste instelling, maar ik heb wel het idee dat het bij heel veel mensen zo is. Vaak is er ook veel onwetendheid over hoeveel energie apparaten gebruiken.
Leuk artikel! Het idee om de totale woonlasten van huurwoningen te noemen lijkt me een prima plan. Het bijscholen van installateurs ook: er lopen nog genoeg loodgieters rond die nog nooit van een douche wtw hebben gehoord (dergelijke douche wtw zouden ze van mij standaard verplicht mogen stellen voor nieuwbouw woningen). Jammer dat er geen voorstellen gedaan worden om eens helemaal af te komen van de nullasten van gas en electriciteit (netwerkkosten, meterkosten, capaciteitstarief,…) en deze kosten uit te smeren over het totale gebruik. In dat geval zouden mensen die toch bezig zijn met bezuinigingen ook de laatste x% die erg nog op energieverbruik bezuinigd kan worden ook evenredig terug zien.
Wat me, net als Wim, opvalt is het dat consumenten “maar” goed voor 24% van het totale verbruik en dat ik veel hoor over energiebesparing bij consumenten maar weinig over energiebesparing in de industrie, ook hier op Olino 😉
Op zich zelf kan ik me vinden in de aanbeveling om de prijzen van gas ongeveer 30% en voor elektriciteit van ongeveer 16% te laten stijgen, voor mij zou dit zelfs hoger mogen zijn. Een beter alternatief lijkt me echter om de huidige vaste lasten af te schaffen en te verrekenen over de variabele kosten; ik betaal nu al meer aan vaste lasten dan aan variabele en daarmee wordt besparen relatief minder interessant.
Als laatste zou ik ook een voorstander zijn van makkelijker inzicht krijgen in het eigen energieverbruik ten opzichte van andere en inzicht in energieverbruik maar hoop dat dit wel zonder verdere privacy-inbreuken kan.
@Cardinaels Kurt: Ik zou gewoon terug gaan naar de winkel waar je deze lamp hebt gekocht met de klacht dat ze niet hebben geleverd wat wordt beloofd. Misschien is het gewoon een misbaksel en verwisselen ze hem voor een correct examplaar. Anders aandringen om het geld terug te krijgen. Er zijn zeker betere lampen te krijgen.
Nu maar hopen dat het openmaken geen sporen heeft nagelaten…
hallo mike ,
Ik heb naar de firma zelf gebeld!
Zij zeggen dat de concurenten dit ook zo doen .
Er staat dus op de doos 2watt verbruik.
De letjes verbruiken dat ,maar de gehele instalatie staat dus niet vermeld.
idd vreemde zaak
@Mike: je schreef:
…Een beter alternatief lijkt me echter om de huidige vaste lasten af te schaffen en te verrekenen over de variabele kosten..
Hetzelfde idee heb ik boven je anders verwoord, maar we bedoelen hetzelfde: zorg ervoor dat 10% energiebespring ook altijd resuleert in een 10% lagere energierekening. Dat stimuleert consumenten om er wat aan te doen.
Wat betreft de besparingen in de industrie, ook daar hebben consumenten invloed op: hou rekening met de duurzaamheid van de producten die je koopt.
Dank voor jullie reacties, ik heb ze doorgegeven aan de de Nationale DenkTank.
1 Nm3 gas komt overeen met 10kWh.
Als we met dit gegeven in het hoofd onze energie-rekening bekijken komen we tot verrassende conclusies.
Bijvoorbeeld dat het te gek voor woorden is om onze wasmachine; vaatwasser; wasdroger; enz elektrisch te verwarmen. Daarbij moeten we ons ook nog realiseren dat van de centraal opgewekte elektriciteit slechts 33% van de verbruikte brandstof door de meter ons huis binnenkomt. De rest is in het koelwater verdwenen.
En nu proberen ze ons een HR-e ketel te slijten met een elektrisch rendement van nog geen 10%.
Wanneer komt de industrie eens met een kleine generator op basis van een gewone gasmotor. Dan halen we 27% elektrisch, en kan elke stad een stroomproducent i.p.v. consument worden, en rijden onze treinen pas echt goedkoop.
Bovendien kunnen we dan heel gemakkelijk pieken en dalen in onze net opvangen. ECN heeft de ICT mogelijkheden hiervoor al uitgedokterd.
Leuk idee zo”n HRe, als we onze woningen energiezuiniger maken(doelstelling VROM schoon en zuinig) stoken we minder en wekken dus minder elektriciteit op.
De titel is “Adviezen om consumenten aan te zetten tot energiebesparing”
En dan posten de mensen hier “het gaat niet over het verbruik van de industrie wat een groter aandeel in het totaal verbruik heeft”
Volgens mij staat er toch echt “consumenten”…..