Triolight B.V. – liniLED® PCB Groen Deco

Geplaatst door Marcel van der Steen in Lampmetingen Geen reacties»

presenteert hierbij een ledstrip. De metingen van OliNo laten zien dat de lamp 2.4 W aan vermogen verbruikt en geeft hiermee een lichtstroom van 135 lm. De efficiency komt hiermee op 55 lm/W. De lamp valt in de energie label categorie A+.

In dit artikel staan allerlei interessante lampparameters, zoals ook opgenomen in de Eulumdat file.

Zie voor een vergelijk met andere lampen dit overzicht.

Samenvatting meetgegevens

parameter meting lamp opmerking
Lichtsterkte Iv 47.9 Cd Gemeten recht onder de lamp.
Verlichtingssterkte modulatie index 0 % Gemeten met een sensor gericht op de lamp (kijkhoek niet gedefinieerd). Dit getal geeft de mate van knipperen aan.
Stralingshoek 111 deg 111 graden is de stralingshoek voor het C0-C180-vlak (loodrecht op de lengterichting van de lamp) en 111 graden is de stralingshoek voor het vlak dat de lamp in de lengterichting doorsnijdt, het C90-C270 vlak.
Vermogen P 2.4 W Het netto opgenomen vermogen.
Power Factor 1.00 Er is met een DC voeding getest. Dit houdt in dat er geen blindvermogen is en dus is de powerfactor altijd 1 maar verder niet relevant.
THD NaN % Total Harmonic Distortion, is niet aanwezig daar een DC spanning is gebruikt en dientengevolge een DC stroom gelopen heeft.
Lichtstroom 135 lm Met een fotogoniometer gemeten, berekening zoals aangegeven in LM79-08.
Efficiëntie 55 lm/W Let hierbij op, er is een DC voeding gebruikt. Deze efficientie is voor de led alleen en is zonder een eventuele voeding die de 230 V naar DC stroom moet omzetten. Men moet rekening houden met extra verlies voor een omzetting van 230 V AC naar een gelijkspanning en gelijkstroom, tenzij de lamp wordt aangesloten op een DC gelijkspanning van bijvoorbeeld een accu.
EU2013-label classificatie A+ De energieklasse, van A++ (meest efficiënt) tot en met E (minst efficiënt). Dit label is de update van het voorgaande label, verplicht vanaf sept 2013.
CRI_Ra -24 Color Rendering Index oftewel de kleurweergave index.
CQS 0.2 CQS (v9.0.3) is een verbeterde indicator (ipv CRI) over hoe goed kleuren worden weergegeven.
Coordinaten kleursoort diagram x=0.7201 en y=0.1464
Fitting 24V DC Deze strip wordt aangesloten op 24V DC.
PAR waarde 0.2 uMol/s/m2 Het aantal fotonen wat een gemiddelde plant ziet in het licht van deze lamp, geldend op 1 m afstand van de lamp en ge-extrapoleerd naar 1 m^2 oppervlak.
PAR fotonrendement 0.3 uMol/s/We Het aantal fotonen wat een gemiddelde plant ziet in het licht van deze lamp.
Fotonstroom 1.3 uMol/s Het aantal fotonen wat zit in het licht van deze lamp (zonder weging).
S/P ratio 3.1 Dit is de factor die aangeeft hoeveel keer efficiënter deze lamp is in het generen van visueel effectief licht voor het menselijk oog, bij nachtgevoeligheid (vergeleken met daggevoeligheid).
L x B x H afmetingen 1000 mm x 8 mm x 2.2 mm Buitenafmetingen van de lamp.
L x B afmetingen lichtruimte 122.5 mm x 3 mm Afmetingen van het gebied waar het licht vandaan komt. Het is het oppervlak van de leds tezamen. Deze parameters worden in een Eulumdatfile gebruikt.
Algemene opmerkingen De omgevingstemperatuur gedurende de hele set van verlichtingsterktemetingen was 23.9 – 24.6 deg C.De lamp wordt maximaal ongeveer 14 graden warmer dan omgevingstemperatuur.Opwarmeffect: Gedurende de opwarming varieert de verlichtingssterkte niet significant (< 5 %).Gedurende de opwarming varieert het vermogen niet significant (< 5 %).
De variatie in efficiëntie (hier indicatief berekend door deling van verlichtingssterkte door vermogen) door het opwarmen is 1 %. Een erg hoog negatief getal duidt op een significante afname door bijvoorbeeld warm worden van de lichtbron (lagere levensduur).Afhankelijkheid spanning: Er is een niet-constante afhankelijkheid van de verlichtingssterkte wanneer de voedingsspanning tussen de 22 – 26 V DC varieert.
Er is een constante afhankelijkheid van het opgenomen vermogen wanneer de voedingsspanning tussen de 22 – 26 V DC varieert.Aan het eind van het artikel een extra foto.
Eff-variatie 1 % Dit is de variatie in efficiëntie (hier indicatief berekend door deling van verlichtingssterkte door vermogen) door het opwarmen. Een erg hoog negatief getal duidt op een significante afname door bijvoorbeeld warm worden van de lichtbron (lagere levensduur).
Dimbaar ja Volgens opgave fabrikant.
Biologische Effect Factor 0.566 Volgens voornorm DIN V 5031-100:2009-06.
Blauwlichtschade risico groep 0 0=geen, 1=laag, 2 = gemiddeld, 3=hoog risico.
vormfactor strip
artikelnummer 12183
EAN-code 8717693017476
Eulumdat file (1 m groen) Rechtsklik op het icoon en sla het bestand op.
IES file (1 m groen) Rechtsklik op het icoon en sla het bestand op.
Eulumdat file (20 cm groen) Rechtsklik op het icoon en sla het bestand op.
IES file (20 cm groen) Rechtsklik op het icoon en sla het bestand op.
Eulumdat file (1 m amber) Rechtsklik op het icoon en sla het bestand op.
IES file (1 m amber) Rechtsklik op het icoon en sla het bestand op.
Eulumdat file (20 cm amber) Rechtsklik op het icoon en sla het bestand op.
IES file (20 cm amber) Rechtsklik op het icoon en sla het bestand op.
Eulumdat file (1 m blauw) Rechtsklik op het icoon en sla het bestand op.
IES file (1 m blauw) Rechtsklik op het icoon en sla het bestand op.
Eulumdat file (20 cm blauw) Rechtsklik op het icoon en sla het bestand op.
IES file (20 cm blauw) Rechtsklik op het icoon en sla het bestand op.
Eulumdat file (1 m rood) Rechtsklik op het icoon en sla het bestand op.
IES file (1 m rood) Rechtsklik op het icoon en sla het bestand op.
Eulumdat file (20 cm rood) Rechtsklik op het icoon en sla het bestand op.
IES file (20 cm rood) Rechtsklik op het icoon en sla het bestand op.

Overzichtstabel

Let op: de gegevens zijn (deels) afkomstig van berekeningen.

Noot: de minimale afstand waarvoor de berekende resultaten in E (lux) geldig zijn, is 5 x 123 mm (maximale maat, eventueel diagonaal) = 615 mm. De resultaten van E (lux) binnen deze afstand (in rood aangegeven) zijn te hoog, en een meting met een goede luxmeter zal minder aangeven omdat deze zich in het nabije veld bevindt van de lamp.

EU 2013 Energielabel classificatie

Sinds sept 2013 zijn deze energielabels van kracht.

Van belang voor de energieclassificatie zijn gecorrigeerd vermogen en nuttige lichtstroom.
Het opgenomen vermogen van 2.4 W moet worden omgerekend naar een gecorrigeerd vermogen. Dit is afhankelijk van het type lamp en of wel of niet inclusief voorschakelapparaat is gemeten. De keuze voor deze lamp is dat deze valt in de classificatie: Lampen met een extern voorschakelapparaat voor ledlampen. Daarmee wordt het gecorrigeerde vermogen voor deze lamp 2.7 W.
De lichtstroom die gemeten is bedraagt 135 lm. De voor nuttige lichtstroom relevante classificatie van deze lamp is: Niet-gerichte lampen. Hiermee wordt de nuttige lichtstroom 135 lm. Nu kan hiervoor een referentievermogen uitgerekend worden.

De energie efficientie index is P_corr / P_ref = 0.16.

EU energielabel voor deze lamp

Zip bestand met daarin 6 EU energie-efficiëntielabels voor deze lamp

De prestatie van de lamp in het energie-performance vlak.



Zip bestanden met daarin 6 EU energie-efficiëntielabels voor de kleuren amber, blauw en rood

Eulumdat lichtdiagram

Het lichtdiagram geeft de helderheid aan in het C0-C180 en het C90-C270 vlak.

TriolightBV-LiniLED®_PCB_Green_D-light_diagram

Het lichtdiagram en de indicatie van de C-vlakken.

Het lichtdiagram geeft de bundel aan in het C0-C180 vlak (loodrecht op de lengterichting van de lamp) en de bundel in het C90-C270 vlak (in de lengterichting van het lichtgevende oppervlak, gelijk aan in de lengterichting van de lamp).

Verlichtingsterkte E_v op 1 m afstand, of lichtintensiteit I_v

Hierbij de plot van de gemiddelde lichtsterkte (I_v) afhankelijk van de hoek van meting t.o.v. de lamp. Dus alle lichtsterkte metingen behorende bij 1 kantelhoek, en afkomstig van verschillende draaihoeken, zijn gemiddeld. In deze grafiek is de helderheid in Cd direct af te lezen.

Het stralingsdiagram van de lamp.

Deze plot met deze gemiddelde waardes worden gebruikt om de totale lichtopbrengst te berekenen.

Het verloop van de lichtsterkte afhankelijk van de hoek t.o.v. de lamp.

Deze plot geeft grafisch weer welke verschillende meetwaarden verkregen zijn bij iedere kantelhoek. Voor een bepaalde kantelhoek zijn er zo een aantal metingen, die afkomstig zijn van verschillende draaihoeken rondom de lamp.

Bij het berekenen van de gemiddelde lichtsterktewaarden per hoek en deze uit te zetten in een grafiek, is de stralingshoek te bepalen: dit is berekend op 111 graden voor het C0-C180 vlak en 111 graden voor het C90-C270 vlak.

Lichtstroom

Met de meetgegevens van lux op 1 meter, gehaald uit het stralingsdiagram met de gemiddelde lichtsterktewaarden, is de lichtstroom te berekenen. Het resultaat van deze berekening voor deze lamp is 135 lm.

Efficientie

Een lichtstroom van 135 lm, en een opgenomen vermogen van 2.4 Watt, levert een efficiëntie van 55 lm/Watt.

Elektrische eigenschappen

De powerfactor is 1.00. Er is met een DC voeding getest. Dit houdt in dat er geen blindvermogen is en dus is de powerfactor altijd 1 maar verder niet relevant.

Voedingsspanning 24.11 V
Voedingsstroom 0.102 A
Vermogen P 2.4 W
Schijnbaar vermogen S 2.4 VA
PF 1.00

Temperatuurmetingen lamp

Temperatuurplaatje(s).

status lamp > 2 uur aangestaan
omgevingstemperatuur 23.6 graden C
gereflecteerde schijnbare temperatuur 23.6 graden C
camera Flir T335
emissiviteit 0.95
meetafstand 0.5, 1 m
IFOVgeometric 0.136 mm per 0.1 m afstand
NETD (thermische gevoeligheid) 50 mK

Licht- oftewel vermogensspectrum

Het kleurspectrum van het licht van deze lamp. Energieniveaus geldig op 1 m afstand.

 

PAR waarde en -spectrum

Om meer te zeggen over hoe goed het licht van deze lamp is voor plantengroei, wordt gebruik gemaakt van PAR waardes.

Het fotonenspectrum, dan de gevoeligheidscurve, resulterend in een PAR-spectrum

parameter waarde eenheid
PAR getal 0.2 uMol/s/m^2
PAR fotonstroom 0.6 uMol/s
PAR foton rendement 0.3 uMol/s/W

Als gekeken wordt naar het gedeelte van het spectrum van het licht van de lamp, dat bruikbaar is voor fotosynthese, dan komt dat neer op 49 % (geldig voor het golflengtegebied van 400-700 nm.

S/P ratio

Het vermogensspectrum, de gevoeligheidscurven en de resulterende nacht – en dagspectra (laatste op 1 m afstand).

De S/P ratio van deze lamp is 3.1.

Kleursoort diagram

Het kleursoort diagram en de plaats van het licht van de lamp.

Het lichtpunt ligt buiten het gebied aangeduid met klasse A. Dit gebied geldt voor signaallampen.

De kleurcoördinaten zijn x=0.7201 en y=0.1464.

Kleurweergave-index of CRI

Hierbij het plaatje van de kleurweergave index.

De gegevens mbt de kleurweergave index van het licht van deze lamp.

Deze waarde van -24 geeft aan in hoeverre het licht van deze lamp een aantal referentiekleuren kan weergeven in vergelijk met het licht van een referentiebron (voor < 5000K een zwarte straler en voor > 5000K de zon/buitenlicht).

Deze waarde van -24 is kleiner dan de waarde van 80 die als minimum geldt voor een natuurgetrouwe kleurweergave voor alledaags gebruik.

De “chromaticity difference” is 0.1635, wat aangeeft hoever de kleur van deze lamp afligt van het pad van de zwarte straler. Er wordt in sectie 5.3 van CIE 13.3-1995 een waarde genoemd van 5.4E-3 zonder verdere uitleg.
Een andere referentie is gegeven met de aangegeven gebieden voor wit licht in het kleursoortdiagram.

Color Quality Scale v9.0.3

CQS (v9.0.3) is een verbeterde indicator (ipv CRI) over hoe goed kleuren worden weergegeven.

CQS waardes van het licht van deze lamp.

CQS waardes voor het licht van deze lamp vergeleken met de referentiebron met gelijke kleurtemperatuur.

Spanningsafhankelijkheid

De lamp is onderzocht op hoe afhankelijk de parameters verlichtingssterkte E_v [lx] en het opgenomen netto vermogen P [W] zijn van de lampspanning. Uit de deling van E_v door P volgt een inschatting van de efficiëntie.

Afhankelijkheid van lampparameters van de ingestelde lampspanning.

Er is een niet-constante afhankelijkheid van de verlichtingssterkte wanneer de voedingsspanning tussen de 22 – 26 V DC varieert.
Er is een constante afhankelijkheid van het opgenomen vermogen wanneer de voedingsspanning tussen de 22 – 26 V DC varieert.

Een abrupte variatie van + of – 0.5 V DC levert een verandering van de lichtintensiteitswaarden van maximaal 0.3 %. Dit verschil in lichtintensiteit is niet zichtbaar wanneer deze variatie abrupt gebeurt.

Opwarm-effecten

Van deze lamp zijn de opwarm-effecten doorgemeten op de verschillende interessante parameters. Zie ook de grafiek.

Opwarmen van de lamp en het effect op lampparameters; 100 % niveau aan het begin en aan het eind gelegd

Gedurende de opwarming varieert de verlichtingssterkte niet significant (< 5 %).

Gedurende de opwarming varieert het vermogen niet significant (< 5 %).
De variatie in efficiëntie (hier indicatief berekend door deling van verlichtingssterkte door vermogen) door het opwarmen is 1 %. Een erg hoog negatief getal duidt op een significante afname door bijvoorbeeld warm worden van de lichtbron (lagere levensduur).

Mate van knipperen

Er is gekeken naar de mate van snelle verlichtingssterktevariaties van het licht van de lamp.

De mate van snelle verlichtingssterktevariaties van het licht van de lamp

parameter waarde eenheid
Knipperfrequentie 44.6 Hz
Verlichtingssterkte modulatie 0 %

Verlichtingssterkte-modulatie-index wordt berekend als: (max_Ev – min_Ev) / (max_Ev + min_Ev).

Biologisch effect

Het biologisch effect zegt iets over in hoeverre het licht van deze lamp in staat is het menselijk dag- nachtritme te beïnvoeden evenals de mate van melatonineopwekking te onderdrukken.
De volgens de voornorm DIN V 5031-100:2009-06 interessante biologische factoren:

biologische effect factor 0.566
kbiol trans (25 jaar) 1.000
kbiol trans (50 jaar) 0.868
kbiol trans (75 jaar) 0.688
kpupil(25 jaar) 1.000
kpupil(50 jaar) 0.740
kpupil(75 jaar) 0.519

Blauw Licht Schade

De mate van blauwlicht en de schade die het kan veroorzaken op het netvlies is bepaald. Hierbij de resultaten.

Het niveau van blauw licht van deze lamp tov de blootstellingslimiet en de verschillende classificatiegebieden.

L_lum0 [mm] 3 Afmeting helderste gedeelte lamp in C0-C180 richting.
L_lum90 [mm] 123 Afmeting helderste gedeelte lamp in C90-C270 richting.
SSD_500lx [mm] 309 Berekende afstand waarop 500 lux gemeten zou moeten worden. Dit is geldig wanneer deze zich bevindt in het verre veld van de lamp. Noot: Als deze waarde 200 mm is dan is op grond van de norm IEC 62471:2006 gerekend op 200 mm afstand.
Begin verre veld [mm] 615 Minimale afstand waarbij de lamp gezien kan worden als puntbron. In dit gebied geldt dat Ev evenredig is met (1/afstand)2.
300-350 nm waardes ingevuld met 0 ja In het geval dat OliNo heeft gemeten met een SpecBos 1211 spectrometer zonder UV optie dan is er geen meetdata van 300-349 nm. Bij lampen die nabij 350 nm geen energieinhoud meer hebben, kan dan het gebied van 300-349 nm eventueel ingevuld worden met 0.
alphaC0-C180 [rad] 0.010 (Schijnbare) voorwerpshoek in C0-C180 richting.
alphaC90-C270 [rad] 0.398 (Schijnbare) voorwerpshoek in C90-C270 richting.
alphaAVG [rad] 0.055 Gemiddelde (schijnbare) voorwerpshoek. Indien >= 0.011 rad dan wordt met radiantie Lb de blootstellingslimiet berekend. Anders met irradiantie Eb.
Blootstellingswaarde [W/m^2/sr] 6.85E+0 Blauwlichtschade waarde voor deze lamp, gemeten recht onder de lamp. Er is gerekend met Lb. Omdat de afstand waarbij Ev=500 lux in het nabije veld van de lamp ligt dan is deze blauwlichtschade waarde te pessimistisch en is in realiteit lager.
Blauwlichtschade risico groep 0 0=geen, 1=laag, 2 = gemiddeld, 3=hoog risico.

Extra

Extra foto’s.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *