Philips halogeenlamp GU10 50W
Geplaatst door Marcel van der Steen in Lampen, Lampmetingen 7 Reacties»In dit artikel is een bekende Philips halogeenlamp doorgemeten. Dit kan dan mooi als vergelijk dienen met andere lampen die zijn doorgemeten.
In dit artikel allerlei interessante lampparameters, tevens samengevat in een Eulumdat file.
Zie voor een vergelijk met andere lampen dit overzicht.
Samenvatting meetgegevens
parameter | meting lamp | opmerking |
---|---|---|
Kleurtemperatuur | 2650 K | Warmwit. |
Lichtsterkte Iv | 584 Cd | Twee metingen na elkaar gedaan. De resultaten waren 570 en 597 Cd. |
Stralingshoek | 39 deg | Twee metingen na elkaar: 38 en 40 graden. |
Vermogen P | 47 W | |
Power Factor | 1 | Met deze powerfactor geldt dat voor iedere 1 kWh aan netto vermogen, er 0 kVAhr aan reactief vermogen is geweest. |
Lichtstroom | 349 lm | Eerste meting 353 en tweede 344 lm. |
Efficiëntie | 7.4 lm/W | Eerste: 7.5, tweede 7.3 lm/W. |
CRI_Ra | 99.4 | Color Rendering Index oftewel de kleurweergave-index. |
Coördinaten kleursoort diagram | x=0.4649 en y=0.4125 | |
Fitting | GU10 | |
D x H buitenafmetingen | 50 x 56 mm | Buitenafmetingen van de lamp. |
D afmetingen lichtruimte | 41 mm | Diameter van het gebied waar het licht vandaan komt. Dit is gelijk aan de diameter van het glas aan de voorkant van de lamp. Deze parameters worden in een Eulumdatfile gebruikt. |
Algemene opmerkingen | De omgevingstemperatuur gedurende de hele set van metingen was 23.5-26.5 deg C.
Opwarmeffect: gedurende de opwarming neemt de verlichtingssterkte met zo’n 15 % toe. Spanningsafhankelijkheid: het opgenomen vermogen en de verlichtingssterkte zijn afhankelijk van de voedingsspanning van de lamp. Deze afhankelijkheid is lineair. Voor de Eulumdat file volg deze link. Deze lamp is getest op dimbaarheid, en interessante parameters zijn in 1 grafiek verzameld, als functie van de dimstand. |
|
Dimbaar | ja | Volgens opgave fabrikant. |
Eulumdat lichtdiagram
Een interessante grafiek is het lichtdiagram, wat de helderheid aangeeft in het C0-C180 en het C90-C270 vlak.
Het lichtdiagram en de indicatie van de planes.
Het C0-C180 vlak en het C90-C270 vlak geven hetzelfde diagram, omdat de lamp een symmetrie over de z-as heeft.
Het profiel geeft een gefocusseerde bundel weer.
Verlichtingsterkte E_v op 1 meter afstand, of lichtintensiteit I_v
Hierbij de plot van de gemiddelde lichtsterkte (I_v) afhankelijk van de hoek van meting t.o.v. de lamp. Dus alle lichtsterkte metingen behorende bij 1 kantelhoek, en afkomstig van verschillende draaihoeken, zijn gemiddeld.
Daar deze lamp een symmetrie heeft over de z-as, is dit gemiddelde resultaat dus gelijk aan het resultaat van het Eulumdat lichtdiagram.
Het stralingsdiagram van de lamp.
Deze plot met deze gemiddelde waardes worden gebruikt om de totale lichtopbrengst te berekenen.
Het verloop van de lichtsterkte afhankelijk van de hoek t.o.v. de lamp.
Deze plot geeft grafisch weer welke verschillende meetwaardes verkregen zijn bij iedere kantelhoek. Voor een bepaalde kantelhoek zijn er zo een aantal metingen, die afkomstig zijn van verschillende draaihoeken rondom de lamp. Bij sommige kantelhoeken kan het zijn dat er een groot verschil is in lichtsterkte afhankelijk van de draaihoek, zie bijvoorbeeld bij 17.5 graden.
Bij het berekenen van de gemiddelde lichtsterktewaardes per hoek en deze uit te zetten in een grafiek, is de stralingshoek te bepalen: dit is berekend op 39 graden.
Lichtstroom
Met de meetgegevens van lux op 1 meter, gehaald uit het stralingsdiagram met de gemiddelde lichtsterktewaardes, is de lichtstroom te berekenen.
Het resultaat van deze berekening voor deze lamp is 349 lm.
Efficiëntie
Een lichtstroom van 349 lm, en een opgenomen vermogen van 46.8 Watt, levert een efficiëntie van 7.5 lm/Watt.
Met de powerfactor van 1 geldt dat voor iedere kWh aan netto vermogen, er 0 kVAhr aan reactief vermogen is geweest.
Lampspanning | 230 V |
Lampstroom | 203 mA |
Vermogen P | 46.8 W |
Schijnbaar vermogen S | 46.8 VA |
PF | 1.0 |
Kleurtemperatuur en licht- ofwel vermogensspectrum
Het kleurspectrum van het licht van deze lamp.
De gemeten kleurtemperatuur van deze lamp is ongeveer 2650 K wat warmwit is. De meting is gedaan recht onder de lamp. De kleurtemperatuur kan ook worden gemeten onder verschillende kantelhoeken.
De kleurtemperatuur van de lamp afhankelijk van de kantelhoek.
De kleurtemperatuur is gegeven voor kantelhoeken tot 60 graden; daarboven is de verlichtingssterkte zo laag dat er geen kleurtemperatuur betrouwbaar gemeten wordt. De kleurtemperatuur varieert over het genoemde bereik met 3 %.
Kleursoort diagram
Het kleursoort diagram en de plaats van het licht van de lamp.
Het lichtpunt ligt op het pad van de zwarte straler. Hier wordt op teruggekomen bij de CRI van deze lamp.
De kleurcoördinaten zijn x=0.4649 en y=0.4125.
Kleurweergave-index of CRI
Hierbij het plaatje van de kleurweergave index. Deze wordt goed uitgelegd op deze Wiki over kleurweergave-index en deze site.
De gegevens mbt de kleurweergave index van het licht van deze lamp.
Deze waarde van 99 geeft aan in hoeverre het licht van deze lamp een aantal referentiekleuren kan weergeven in vergelijk met het licht van een referentiebron.
Deze waarde van 99 is hoger dan de waarde van 80 die als minimum geldt voor een natuurgetrouwe kleurweergave voor alledaags gebruik, zie ook dit artikel.
De “chromaticity difference” is 0.0036, wat aangeeft hoever de kleur van deze lamp afligt van het pad van de zwarte straler. Deze waarde is lager dan 0.0054 en daarmee zeggende dat de CRI berekening nauwkeurig is en er van mag worden uitgegaan.
Spanningsafhankelijkheid
De lamp is onderzocht op hoe afhankelijk de parameters verlichtingssterkte E_v [lx], de kleurtemperatuur T [K] en het opgenomen netto vermogen P [W] zijn van de lampspanning.
Spanningsafhankelijkheid van een aantal lampparameters.
Het opgenomen vermogen en de verlichtingssterkte hangen behoorlijk af van de aangeboden lampspanning, daarbij is de afhankelijkheid lineair.
Bij een mogelijke variatie in spanning bij 230 V, van + en – 5 V is de variatie in de verlichtingssterkte van deze lamp + en – 8 %. Bij abrupte spanningsveranderingen zal dit mogelijkerwijs zichtbaar zijn.
Opwarm-effecten
Van deze lamp zijn de opwarm-effecten doorgemeten op de verschillende interessante parameters. Zie ook de grafiek.
Opwarmen van de lamp en het effect op lampparameters; 100 % niveau aan het begin en aan het eind gelegd
Bij het opwarmen geeft de lamp na een 5 tal minuten 14 % meer licht.
Dimbaarheid
De lamp is op dimbaarheid getest. Hiertoe is gebruik gemaakt van een dimmer die werkt middels faseaansnijding. De dimmer wordt door de computer aangestuurd en in een stand gezet die overeenkomt met bepaalde mechanische posities (vergelijk met een dimmer in de muur, die met draaien in een bepaalde stand wordt gezet).
Lampparameters afhankelijk van de dimstand, bij stapjes waarbij de intensiteit toeneemt.
Deze grafiek is verkregen uit gegevens waarbij begonnen is in de maximale dimstand, en waarbij steeds minder gedimd werd (dus er kwam steeds meer licht). De meting waarbij begonnen werd in minimale dimstand en dan al metende steeds meer dimmen, is ook gedaan en leverde dezelfde resultaten op.
Bij de mechanische stand 100 is het dimmen minimaal en zijn de waardes voor verlichtingssterkte Ev, voor het opgenomen vermogen P en tevens voor de kleurtemperatuur maximaal. Dit is geschaald op 100 %. De efficiëntie is berekend door de verlichtingssterkte te delen door het opgenomen vermogen.
Bij de mechanische stand 75 (vergelijkbaar met een dimmer in de muur waarbij de draaiknop een kwart is gedraaid van geen dimmen richting meer dimmen) wordt er nog maar 58 % aan licht gegeven waarbij het opgenomen vermogen slechts tot 80 % gedaald is. Daarom is de efficiëntie lager geworden dan wanneer er niet gedimd werd (72 % van wat deze was bij minimale dimstand).
Bij de mechanische stand van 50 % is er nog 15 % van het maximale licht en dat bij een opgenomen van vermogen die de helft bedraagt van het maximale niveau.
En bij de 0% stand (al vanaf 18 % en lager), dat wil zeggen een dimmer die geheel dicht staat, dan blijkt dat er 2 % licht afkomt tegen 23 % van het maximale vermogen. Op dit moment is de efficiëntie het laagst.
Dit geeft aan dat dimmen gepaart gaat met een verlaging van de efficiëntie. Dit is bekend bij halogeen- en gloeilampen. De efficiëntie is hoger naarmate de lamptemperatuur hoger is, en bij dimmer verlaagt deze temperatuur waardoor de efficiëntie afneemt.
De kleurtemperatuur neemt ook af t.o.v. het normale 100 % niveau, wat zich uit in het geliger worden van het licht dat er vanaf komt.
7 reacties op “Philips halogeenlamp GU10 50W”
Nuttig, bedankt.
Beste Marcel,
Megaman Compact Reflector GU10 type BRO711i (spaarlamp spot) gekocht.
Opgave verpakking: l: 76mm, diam: 50 mm, 2700K, 220-240 V, Lumen Output 210, 11w vergelijkbaar met 50w volgens opgave.
Volgens mij is de vergelijking met 50w ronduit misleidend.
Graag je mening.
Vr.g., PC
P.S. Lamp wordt zeer heet. Mag dat?
Hoi PC,
Wat kan ik zeggen? Ik heb de halogeen gemeten, et 7 lm/W erg miserabel. Een spaarlam presteert veel beter, en zou dus met 11 W makkelijk 40 lm/W of meer moeten kunnen halen, dis een factor 6 meer, dus vergelijkbaar met een 66 W halogeen of gloeilamp.
Maar ged, ik heb je genoemde lamp niet gemeten, dus kan niet oordelen. Je moet in ieder geval letten op de stralingshoek; wellicht is deze bij de spaalamp veel groter waardoor er minder licht recht onder de lamp overblijft.
Verder mbt de warmteontwikkeling: een spaarlamp is efficienter dan een halogeenlamp, en heeft daardoor minder verbruik.Je zegt dat de lamp zeer heet wordt. Is dat ge-evalueerd door hem aan te raken? Let op, 50 graden is al zeer heet voor onze tere vingers. Een halogeenlamp komt veel hoger dan 50 graden, dus daar is het gewoon “eigen risico” en “kamikaze” wanneer je een hete halogeen aanraakt. Let dus op dat je hand niet een betrouwbare meter is voor temperatuur.
Maar goed, misschien kun je iets met deze info?
Is 7 lumen/Watt niet erg laag voor halogeen? De andere twee GU10 halogeen lampen scoren ook al zo laag, terwijl halogeen toch echt een factor anderhalf efficienter zou moeten zijn als gewone gloeilampen.
Tevens een reden waarom spaarlampen zo heet worden: Straling. Waar gloei en halogeenlampen een groot gedeelte van hun warmte kwijtraken via IR straling is dit bij spaarlampen niet het geval, deze geven zo goed als geen of zelfs helemaal geen IR straling.
Hoi Richard,
Ik had echt verwacht dat een halogeenlamp ook efficienter zou zijn. Echterdemeting laat werkelijk iets anders zien. Kijk tevens eens naar de kleurtemp, die zelfs lager is dan een 60 W gloeilamp.Dat verklaart dan de lage efficientie van de halogeenlamp.
De fabrikant heeft blijkbaar gekozen voor deze lage kleurtemp, om een gezellig warmwitte kleur te geven en tegelijkertijd de levensduur van de lamp te verlengen. Echter, de efficientie is daarmee we laag.
@p.coenegracht
Ik heb nu zelf een spot spaarlamp besteld van 11W die 380lm zou afgeven met een kleurtemp van 2700K. Ik zal de opbrengst vergelijken met een gewone Philips halogeen van 50W.
Ik wil ze gerust opzenden om ze eens te laten uitmeten, maar 100€+verzendkosten zijn me wel iets te veel. Jammer
Ik laat mijn bevindingen hier nog wel achter!
Thomas
Gisteravond viel met een krachtige knal de elektriciteit in mijn woning volledig uit,glasscherven vlogen in het rond, de tafelloper smeulde en er was een brandgeur in de living. Bij nader toezien bleek dat er in het verlichtingsarmatuur boven de eettafel een spot geëxplodeerd was. Het bleek wel degelijk een Philips halogeenspot 50W van het type GU10 te zijn. Het geëxplodeerde lampje had zich vastgebrand in de tafelloper en een tweede deel ervan brandde in op het vloertapijt. De glasscherven lagen in zeer fijne snippers verzaaid over een oppervlakte van 40 m². Stel dat zoiets tijdens een maaltijd zou gebeuren…glassplinters in de spijzen, verwondingen, zelfs brand, …
Het verlichtingsarmatuur van Massive is nog slechts 4 maanden nieuw geïnstalleerd.
Is dit een uniek geval ??? Of worden best alle Philips 50W GU10 halogeenspots teruggeroepen ???