Ledverlichting Soest – Quadro 60 W
Geplaatst door Marcel van der Steen in Lampmetingen, Ledlampen Geen reacties»Ledverlichting Soest presenteert een inbouwplaat met vier stevige spots die allerlij richtingen kantelbaar zijn. Ze geven een warmwit licht.
In dit artikel staan allerlei interessante lampparameters, zoals ook opgenomen in de Eulumdat file.
Zie voor een vergelijk met andere lampen dit overzicht.
Samenvatting meetgegevens
parameter | meting lamp | opmerking |
---|---|---|
Kleurtemperatuur | 3229 K | warmwit |
Lichtsterkte Iv | 6920 Cd | Gemeten recht onder de lamp. |
Verlichtingssterkte-modulatie-index | 0 % | Gemeten recht onder de lamp. Is een maat voor de mate van knipperen. |
Stralingshoek | 26 deg | 26º is de stralingshoek voor het C0-C180 vlak (de vier spots verdelend in twee bij twee). Loodrecht hierop is deze stralingshoek ook 26º (dit is het C90-C270 vlak, ook twee bij twee spots verdelend). Dit is het resultaat wanneer de spots recht naar beneden zijn gericht. Bij andere plaatsing van de spots resulteert een ander stralingsproefiel en andere stralingshoeken. |
Vermogen P | 56.2 W | Volg de link voor meer elektrische en temperatuureigenschappen. |
Power Factor | 0.70 | Met deze powerfactor geldt dat voor iedere 1 kWh aan netto vermogen, er 1.0 kVAhr aan reactief vermogen is geweest. |
THD | 94 % | Total Harmonic Distortion. |
Lichtstroom | 1988 lm | |
Efficiëntie | 35 lm/W | |
CRI_Ra | 80 | Color Rendering Index oftewel de kleurweergave-index. |
Coördinaten kleursoort diagram | x=0.4255 en y=0.4082 | |
Fitting | 230V | Deze lamp wordt direct op de 230 V aangesloten. |
PAR-waarde | 65.3 μMol/s/m2 | Het aantal fotonen wat een gemiddelde plant ziet in het licht van deze lamp, geldend op 1 m afstand van de lamp en ge-extrapoleerd naar 1 m² oppervlak. |
PAR-fotonrendement | 0.3 μMol/s/We | Het aantal fotonen wat een gemiddelde plant ziet in het licht van deze lamp, geldend op 1 m afstand van de lamp. |
S/P ratio | 1.3 | Dit is de factor die aangeeft hoeveel keer efficienter deze lamp is in het generen van visueel effectief licht voor het menselijk oog, bij nachtgevoeligheid (vergeleken met daggevoeligheid). |
L x B x H buitenafmetingen | 320 x 320 x 50 mm | Buitenafmetingen van de lamp. |
L x B afmetingen lichtruimte | 250 x 250 mm | Afmetingen van het gebied waar het licht vandaan komt. Dit is de oppervlakte van de rechtshoek rondom de 4 spots. Deze parameters worden in een Eulumdatfile gebruikt. |
vormfactor | paneel | |
Algemene opmerkingen | De omgevingstemperatuur gedurende de hele set van metingen was 26 deg C. De lamp wordt op tussen de koelvinnen aan de achterkant het warmst, ongeveer 29 graden warmer dan omgevingstemperatuur. De voorkant wordt ongeveer 24 graden warmer dan omgevingstemperatuur.Opwarmeffect: gedurende de opwarming neemt de verlichtingssterkte af met ongeveer 9 % en het opgenomen vermogen met ongeveer 4 %.
Spanningsafhankelijkheid: er is een geen noemenswaardige afhankelijkheid van de lampparameters wanneer de spanning wordt gevarieerd tussen de 200-250 V. |
|
Meetrapport (PDF) | ||
Eulumdat file | Rechtsklik op het icoon en sla het bestand op. | |
IES file | Rechtsklik op het icoon en sla het bestand op. |
Overzichtstabel
Let op: de gegevens zijn (deels) afkomstig van berekeningen. Zie ook de uitleg van deze tabel op de OliNo site.
Noot: de minimale afstand waarvoor de berekende resultaten in E (lux) geldig zijn, is 5 x 350 mm (ongeveer diagonale maat) ≈ 1750 mm. De resultaten van E (lux) binnen deze afstand zijn te hoog, en een meting met een goede luxmeter zal minder aangeven omdat deze zich in het nabije veld bevindt van de lamp.
Eulumdat lichtdiagram
Het lichtdiagram geeft de helderheid aan in het C0-C180 en het C90-C270 vlak. Er is ook meer uitleg over dit diagram op de OliNo site.
Het lichtdiagram en de indicatie van de planes.
Het C0-C180 vlak doorsnijdt de lamp in twee setjes van twee spots en het C90-C270 vlak ook maar dan 90 graden gedraaid.
Verlichtingsterkte E_v op 1 m afstand, of lichtintensiteit I_v
Hierbij de plot van de gemiddelde lichtsterkte (I_v) afhankelijk van de hoek van meting t.o.v. de lamp. Dus alle lichtsterkte metingen behorende bij 1 kantelhoek, en afkomstig van verschillende draaihoeken, zijn gemiddeld. In deze grafiek is de helderheid in Cd direct af te lezen.
Het stralingsdiagram van de lamp.
Deze plot met deze gemiddelde waardes worden gebruikt om de totale lichtopbrengst te berekenen.
Het verloop van de lichtsterkte afhankelijk van de hoek t.o.v. de lamp.
Deze plot geeft grafisch weer welke verschillende meetwaardes verkregen zijn bij iedere kantelhoek. Voor een bepaalde kantelhoek zijn er zo een aantal metingen, die afkomstig zijn van verschillende draaihoeken rondom de lamp.
Bij het berekenen van de gemiddelde lichtsterktewaardes per hoek en deze uit te zetten in een grafiek, is de stralingshoek te bepalen: dit is berekend op 26º voor het C0-C180 en het C90-C270 vlak.
Lichtstroom
Met de meetgegevens van lux op 1 meter, gehaald uit het stralingsdiagram met de gemiddelde lichtsterktewaardes, is de lichtstroom te berekenen. Het resultaat van deze berekening voor deze lamp is 1988 lm.
Efficiëntie
Een lichtstroom van 1988 lm, en een opgenomen vermogen van 56.2 Watt, levert een efficiëntie van 35 lm/Watt.
Elektrische eigenschappen
Met de powerfactor van 0.70 geldt dat voor iedere kWh aan netto vermogen, er 1.0 kVAhr aan reactief vermogen is geweest.
Voedingsspanning | 230.0 V |
Voedingsstroom (gemiddelde per lamp) | 349 mA |
Vermogen P (gemiddelde per lamp) | 56.2 W |
Schijnbaar vermogen S (gemiddelde per lamp) | 80.2 VA |
PF | 0.70 |
Tevens is van deze lamp de spanningsvorm en stroomvorm opgenomen. Hoe dat is gebeurd wordt uitgelegd op de OliNo site.
Spanningsvorm over de lamp en stroom door de twee lampen (plus voedingseenheid).
Deze stroom is gechecked tegen de eisen gesteld door de Europese norm IEC 61000-3-2:2006 met amendement 2:2009 die eisen bevat voor verlichtingsinstallaties <= 25 W en voor > 25 W. Zie voor meer uitleg de OliNo website.
De harmonischen van de stroom uitgezet tegen de eisen voor harmonischen vanuit IEC61000-3-2:2006 A2:2009
Voor vermogens > 25 W gelden er limieten voor de harmonischen waaraan niet wordt voldaan. Een kanttekening is nodig: de gebruikte voedingsspanning is niet geheel conform de norm, en heeft iets teveel harmonische inhoud.
De harmonische inhoud van de netspanning die over de lamp is geplaatst
Als de spanning had voldaan aan de eisen van de norm, dan had deze minder harmonische inhoud en waren de resultaten voor de lampstroom ook gunstiger. Daarom moet het resultaat van de gemeten harmonischen voor de stroom gezien worden als indicatie.
De Total Harmonic Distortion van de stroom is berekend en bedraagt 94 %.
Temperatuurmetingen lamp
Overzichtsplaatje met temperaturen op een paar relevante plekken.
De emissiviteit voor de aangegeven gebieden blijkt vergelijkbaar met die van schilderstape, dus ongeveer 0.95.
Temperatuurmeting achterkant, op de kabel die in de lamp gaat.
Een van de 4 voedingen.
status lamp | > 2 uur aangestaan |
omgevingstemperatuur | 26 graden C |
gereflecteerde schijnbare temperatuur | 26 graden C |
camera | Flir T335 |
emissiviteit | 0.95(1) |
meetafstand | zoom op 0.2 m |
IFOVgeometric | 0.3 mm |
NETD (thermische gevoeligheid) | 50 mK |
(1) Zie voor de emissiviteit de uitleg in de tekst.
Kleurtemperatuur en licht- oftewel vermogensspectrum
Het kleurspectrum van het licht van deze lamp. Energieniveaus geldig op 1 m afstand.
De gemeten kleurtemperatuur van deze lamp is ongeveer 3225 K wat warmwit is.
De meting is gedaan recht onder de lamp. De kleurtemperatuur kan ook worden gemeten onder verschillende kantelhoeken.
De kleurtemperatuur van de lamp afhankelijk van de kantelhoek.
De kleurtemperatuur is gegeven voor kantelhoeken tot 75 graden, daarna is de verlichtingssterkte erg laag (< 5 lux) en niet meer gegeven.
Kijkende naar de maximale stralingshoek van 26 graden (dus 13 graden kantelhoek, dit is het gebied waar het meeste van het licht afgegeven wordt) dan geldt hiervoor dat het gootste gedeelte van de totale lichtstroom in dit gebied valt. De variatie in kleurtemperatuur voor dit gebied is ongeveer 1 %.
PAR waarde en -spectrum
Uitleg over PAR, hoe de waarde te verkrijgen en de achtergrond van de gegevens is te vinden in dit artikel op de OliNo site.
Het fotonenspectrum, dan de gevoeligheidscurve, resulterend in een PAR-spectrum
parameter | waarde | eenheid |
---|---|---|
PAR-getal | 65.3 | μMol/s/m² |
PAR-fotonstroom | 18.8 | μMol/s |
PAR-fotonrendement | 0.3 | μMol/s/W |
Als gekeken wordt naar het gedeelte van het spectrum van het licht van de lamp, dat bruikbaar is voor fotosynthese, dan komt dat neer op 64 % (geldig voor het golflengtegebied van 400-700 nm).
S/P ratio
Uitleg over S/P ratio, de waarde en het verkregen spectrum is te vinden op de OliNo site.
Het vermogensspectrum, de gevoeligheidscurves en de resulterende nacht – en dagspectra (laatste op 1 m afstand).
De S/P ratio van deze lamp is 1.3.
Zie voor meer achtergrondinformatie het uitlegartikel over S/P ratio op de OliNo website.
Kleursoort diagram
Het kleursoort diagram en de plaats van het licht van de lamp.
Het lichtpunt ligt in het gebied dat met wit aangegeven wordt in klasse A. Het gebied geldt voor signaallampen, zie verder ook de uitleg op de OliNo website.
De kleurcoördinaten zijn x=0.4255 en y=0.4082.
Kleurweergave-index of CRI
Hierbij het plaatje van de kleurweergave index. Deze wordt goed uitgelegd op de Wiki over kleurweergave-index. De echte relevantie van de CRI waarde wordt verder in een artikel op OliNo besproken.
De gegevens mbt de kleurweergave index van het licht van deze lamp.
Deze waarde van 80 aan in hoeverre het licht van deze lamp een aantal referentiekleuren kan weergeven in vergelijk met het licht van een referentiebron (voor < 5000K een zwarte straler en voor > 5000K de zon/buitenlicht).
Deze waarde van 80 is gelijk aan de waarde van 80 die als minimum geldt voor een natuurgetrouwe kleurweergave voor alledaags gebruik, zie ook de uitleg op OliNo.
De “chromaticity difference” is 0.0035, wat aangeeft hoever de kleur van deze lamp afligt van het pad van de zwarte straler. Er is echter nog geen norm die aangeeft wat de maximale afwijking van wit licht mag zijn. Een referentie is gegeven met de aangegeven gebieden voor wit licht in het kleursoortdiagram.
Spanningsafhankelijkheid
De lamp is onderzocht op hoe afhankelijk de parameters verlichtingssterkte E_v [lx] en het opgenomen netto vermogen P [W] zijn van de lampspanning. Uit de deling van E_v door P volgt een inschatting van de efficiëntie.
Afhankelijkheid van lampparameters van de ingestelde lampspanning.
De lampparameters variëren niet noemenswaardig mee met de variatie van de aangelegde voedingsspanning, wanneer de voedingsspanning varieert tussen de 200-250 V.
Een abrupte variatie van + of – 5 V levert een verandering van de lichtintensiteitswaardes van < 0.1 %. Dit verschil in lichtintensiteit is niet zichtbaar wanneer deze variatie abrupt gebeurt.
Opwarm-effecten
Van deze lamp zijn de opwarm-effecten doorgemeten op de verschillende interessante parameters. Zie ook de grafiek.
Opwarmen van de lamp en het effect op lampparameters; 100 % niveau aan het begin en aan het eind gelegd
De warmup tijd is ongeveer 20 minuten. Gedurende de opwarming neemt de verlichtingssterkte af met ongeveer 9 % en het opgenomen vermogen met ongeveer 4 %.
Mate van knipperen
Er is gekeken naar de mate van snelle verlichtingssterktevariaties van het licht van de lamp. Zie voor meer uitleg over de meetopstelling en achtergrond de uitlegartikelen op OliNo.
De mate van snelle verlichtingssterktevariaties van het licht van de lamp
parameter | waarde | eenheid |
---|---|---|
Knipperfrequentie | n.a. | Hz |
Verlichtingssterkte-modulatie | 0 | % |
Verlichtingssterkte-modulatie-index wordt berekend als: (max_Ev – min_Ev) / (max_Ev + min_Ev). Zie tevens meer uitleg op de OliNo website.